New Plymouth

Met als hoogtepunt Mount Egmont NP

New Plymouth is 'hoofdstad' en cultureel centrum van de Taranaki regio en is beroemd om zijn parken en tuinen (een vijfde deel van de stad bestaat uit groen) en wordt daarom ook wel "Tuinstad" genoemd. Vooral in het voorjaar, wanneer alles in bloei staat, trekt de stad veel bezoekers. Van eind oktober tot begin november vindt het jaarlijks terugkerende Taranaki Rododendron Festival plaats en zijn meer dan honderd tuinen te bezoeken. De stad ligt ingeklemd tussen de populaire (surf)stranden aan de Tasmanzee en de met eeuwige sneeuw bedekte Mount Egmont, ook bekend als Mount Taranaki. De stad is een prima uitgangspunt voor een bezoek aan de omgeving waaronder het Mount Egmont National Park.

Maar ook in de stad zijn een aantal bezienswaardigheden zeker een bezoek waard. Op ongeveer tien minuten lopen van het centrum ligt het Pukekura Park, één van de oudste parken van Nieuw-Zeeland. Het begon in 1876 toen een stukje inheems bos aan het publiek tentoongesteld werd. Later groeide dit uit tot de oase van rust die het nu is met meertjes, bloementuinen en exotische bomen. In dit park zijn ook watervallen, een fontein en een speeltuin te vinden. Op de meertjes kunt u met een gehuurde roeiboot heerlijk ronddobberen en de waterlelies die hier groeien aanschouwen. Als u even wilt genieten van een drankje en wat eten dan kunt u terecht bij het 'Tea House' van waaruit u een mooi uitzicht heeft op Mount Egmont.

Naast het Pukekura Park ligt het Brooklands Park en beide parken sluiten bijna naadloos op elkaar aan. Dit park kenmerkt zich door een Engelse Stijl met strak aangelegde gazons en tuinen. Hier staat een 2000 jaar oude Puriri boom en groeien er maar liefst 300 verschillende soorten rododendrons. Op het openluchtpodium, de Bowl of Brooklands, worden in de zomer concerten gegeven waar u naar kunt luisteren. Ook voor kinderen is het leuk een bezoek aan dit park te brengen. Hier is namelijk ook de Brookland Children Zoo te vinden waarin volières parkieten en andere vogels rond vliegen.

New Plymouth heeft naast parken meer te bieden, zoals het Taranaki Museum dat al in 1847 geopend werd en daarmee tot de oudste musea van Nieuw-Zeeland gerekend wordt. Hier ziet u exposities over de cultuur van de Maori en het koloniale verleden van dit gebied. Ook zijn hier lokale schilderkunst en Maori kunstwerken te bewonderen.

In de Govett Brewster Art Gallery kunt u hedendaagse moderne kunst bewonderen waarvan hier een permanente tentoonstelling is. U ziet hier veel abstracte schilderijen en kinetische sculpturen van Nieuw-Zeelandse kunstenaars. Wilt u zich meer verdiepen in de kunst van de Maori, ga dan naar het Rangimarie Maori Art and Craft Center. Hier leren jonge Maori op traditionele wijze hout bewerken en de kunstwerken worden hier ook tentoongesteld.

Hoogtepunten van New Plymouth

 

Onderstaand vindt u een overzicht van diverse hoogtepunten van New Plymouth:

  • Mount Egmont National Park

Mount Egmont National Park

Aan de voet van de majestueuze Mount Taranaki of Mount Egmont (beide namen zijn officieel) ligt het Egmont National Park. Mount Taranaki is het middelpunt van het park en torent met zijn 2518 meter hoog boven alles uit. De vulkaan is sinds 1775 niet meer actief geweest en is voor de Maori een heilige berg. Er is een mooie Maori legende rondom deze vulkaan. Ooit behoorde Taranaki tot de Tongariro vulkanengroep. Toen Tongariro Taranaki betrapte met de mooie Pihanga, een vulkaan bij Lake Taupo waar Tongariro verliefd op was, werd hij zo boos dat Taranaki het veld moest ruimen. Tongariro blies de top van Taranaki af waarop de laatste richting de westkust verhuisde. Taranaki was zo verbitterd dat hij zichzelf verwonde en een groot litteken veroorzaakte. Het litteken is nu de Wanganui River.

Het nationale park is een van de natste gebieden van het land en dankzij Mount Taranaki valt er meer dan 7000 mm regen. De bewolking vanuit de Tasmanzee wordt opgestuwd tegen Mount Taranaki wat de grote hoeveelheid regen tot gevolg heef. Zorg bij een bezoek aan het nationale park dus altijd voor regenkleding. Het weer in de winter is over het algemeen stormachtig en nat terwijl de zomer lange droge periodes met mooi weer kent. Door de afwisselende weersomstandigheden kent het park een weelderige vegetatie met in de lagere delen mossen, varens en inheemse bomen. In de lager gelegen delen leven veel verschillende soorten vogels, zoals de inheemse duif, de ijsvogel en het witkopje. Hogerop in het park kunt u de Kiwi en Bell Bird tegenkomen.

In de zomer is het Mount Egmont Nationale Park bij uitstek geschikt om wandeltochten te maken. In het park is ruim driehonderd kilometer aan wandelpaden aangelegd variërend van korte eenvoudige tochten tot zware klimtochten naar de top. Voordat u aan een tocht begint, laat u dan uitgebreid informeren over de weersomstandigheden en laat uw plannen en gegevens achter bij het Department of Conservation Office (DOC).

Een populaire route is de 'Around-the-Mountain-Circuit' die drie tot vijf dagen duurt. Onderweg ziet u de mooiste plekken van dit schitterende park, waaronder de Dawson Falls. Om naar de top van Mount Taranaki te gaan heeft u twee opties; de eerste start bij het North Egmont Visitors Center en is goed te doen ook voor de minder ervaren klimmers. De reden is dat aan de noordzijde van de berg het ijs en de sneeuw eerder gesmolten zijn. Deze tocht duurt zes tot acht uur naar en van de top. De tweede en moeilijkere tocht begint bij het Dawson Falls Visitors Center en omdat op deze route het ijs langer blijft liggen is hiervoor meer ervaring nodig. Tijdens deze meerdaagse tochten kunt onderweg overnachten in hutten die op loopafstand langs de route liggen. Indien u hier gebruik van wilt maken zorg dan voor een zgn. 'hutticket', zodat u zeker bent van een slaapplaats.

Mount Egmont National Park

Aan de voet van de majestueuze Mount Taranaki of Mount Egmont (beide namen zijn officieel) ligt het Egmont National Park. Mount Taranaki is het middelpunt van het park en torent met zijn 2518 meter hoog boven alles uit. De vulkaan is sinds 1775 niet meer actief geweest en is voor de Maori een heilige berg. Er is een mooie Maori legende rondom deze vulkaan. Ooit behoorde Taranaki tot de Tongariro vulkanengroep. Toen Tongariro, Taranaki betrapte met de mooie Pihanga, een vulkaan bij Lake Taupo, waar Tongariro verliefd op was, werd hij zo boos dat Taranaki het veld moest ruimen. Tongariro blies de top van Taranaki af waarop de laatste richting de westkust verhuisde. Taranaki was zo verbitterd dat hij zichzelf verwonde en een groot litteken veroorzaakte; het litteken is nu de Wanganui River.

Het nationale park is een van de natste gebieden van het land en dankzij Mount Taranaki valt er meer dan 7000 mm regen. De bewolking vanuit de Tasmanzee wordt opgestuwd tegen Mount Taranaki wat de grote hoeveelheid regen tot gevolg heef. Zorg bij een bezoek aan het nationale park dus altijd voor regenkleding. Het weer in de winter is over het algemeen stormachtig en nat terwijl de zomer lange droge periodes met mooi weer kent. Door de afwisselende weersomstandigheden kent het park een weelderige vegetatie, met in de lagere delen mossen, varens en inheemse bomen. In de lager gelegen delen leven veel verschillende soorten vogels zoals de inheemse duif, de ijsvogel en het witkopje.Hogerop in het park kunt u de Kiwi en Bell Bird tegenkomen.

In de zomer is het Mount Egmont Nationale Park bij uitstek geschikt om wandeltochten te maken. In het park is ruim driehonderd kilometer aan wandelpaden aangelegd, variërend van korte eenvoudige tochten tot zware klimtochten naar de top. Voor u aan een tocht begint laat u dan uitgebreid infor-meren over de weersomstandigheden en laat uw plannen en gegevens achter bij het Department of Conservation Office (DOC).

Een populaire route is de 'Around-the-Mountain-Circuit' die drie tot vijf dagen duurt. Onderweg ziet u de mooiste plekken van dit schitterende park, waaronder de Dawson Falls. Om naar de top van Mount Taranaki te gaan heeft u twee opties; Eén start bij het North Egmont Visitors Center en is goed te doen, ook voor de minder ervaren klimmers. De reden is dat aan de noordzijde van de berg het ijs en de sneeuw eerder gesmolten zijn. Deze tocht duurt zes tot acht uur naar en van de top. De tweede en moeilijkere tocht begint bij het Dawson Falls Visitors Center en omdat op deze route het ijs langer blijft liggen is hiervoor meer ervaring nodig. Tijdens deze meerdaagse tochten kunt onderweg overnachten in hutten die op loopafstand langs de route liggen. Indien u hier gebruik van wilt maken zorg dan voor een zgn. 'hutticket', zodat u zeker bent van een slaapplaats.